Een heel tijdje heb ik voor Euroforum geen bijdrage meer doorgestuurd. In die tijd heb ik wel uitgekeken of er opmerkelijk nieuws was in de media in Nederland of Vlaanderen over Zuid-Afrika. Af en toe was er dat, maar ik vond het toch niet echt relevant voor een bijdrage op het “webblad”. Zelfs de komst in november 2004 van de Zuid-Afrikaanse president Thabo Mbeki, die in België toch niet onopgemerkt is voorbijgegaan, heb ik niet aangegrepen om een cyberbericht op te stellen.
Daarbij viel wel te noteren dat de gesprekken de bedoeling hadden de samenwerking tussen België en Zuid-Afrika te versterken via een gemengde commissie die op regelmatige en gestructureerde basis politiek en militair overleg mogelijk maakt over de problemen in Centraal Afrika maar ook over multilaterale en wereldwijde aangelegenheden. Ook de samenwerking op het economisch vlak van Zuid-Afrika met Vlaanderen wordt versterkt : in de wereld van de KMO’s en in de diamantsector.
Wellicht spreekt dat alles minder tot de verbeelding van de Euroforumlezer dan een interviewtekst in een Vlaamse krant, Het Nieuwsblad, rond het winteroefenkamp in Zuid-Afrika van één van de beste spurtatleten van ons land, die dan ook sportpersoonlijkheid werd van het jaar 2004. Intussen is de atlete in 2005 nogmaals Europees kampioene geworden op de 60 m. Kim Gevaert vertelt in een interview haar impressies over haar verblijf in Zuid-Afrika en hoe zij het land en zijn huidige mentaliteit vanuit haar persoonlijke observatie inschat.
We hebben het interview wat ingekort en vooral de visie van Kim Gevaert op Zuid-Afrika naar voren laten komen:
Met Sportpersoonlijkheid Kim naar de oefenpiste in het Zuid-Afrikaanse Stellenbosch
Door onze reporter Frank Van de Winkel in Stellenbosch, 22/01/2005
Vanavond (22 januari 2005) keert Sportpersoonlijkheid van het Jaar (2004) Kim Gevaert terug van een stage in het bloedhete Zuid-Afrika. De drie weken in het prinsheerlijke Stellenbosch hebben haar goed gedaan, zegt ze. Wij zochten haar op, meer dan elf uur vliegen verder.
Gevaert over Sex in the City, Sabine Dardenne, haar voorzichtigheid, haar oma in het guesthouse en haar opmerkelijke analyse over de kloof tussen blank en zwart en hoe je die vooral niet moet oplossen.
Links op de weg rijden, in een auto met het stuur aan de rechterkant, dat lukt allebei nog net. Maar zonder luchtkoeling rondtoeren is onmogelijk.
Het is dan ook rond dertig graden, zomer, en redelijk zwoel. Overal klinkt een gesjilp, zijn het krekels? Vanuit mijn hotel in de buitenwijk Paradyskloof rijd ik naar het centrum, langs de wijnvelden, in de verte omringd door de scherpe, imposante toppen van bergen. Dit moet één van de paradijzen op aarde zijn, Zuid-Afrika, ondanks de kloof tussen blank en zwart die na de afschaffing van de Apartheid in 1994 gelukkig langzaam plaatsmaakt voor wederzijdse aanvaarding, zelfs waardering. Een paradijs toch, ondanks het sociale kerkhof. Want veel mensen zijn besmet met aids of de voorloper ervan, dat hebt u vorige week in onze krant gelezen.
Een paradijs, ondanks de onveiligheid ook. In Potchefstroom is atleet Joeri Jansen samen met twee collega's overvallen, hier in het nochtans veilige Stellenbosch zag meerkampster-hoogspringster Tia Hellebaut drie mannen een dronken kerel beroven en zette ze het veiligheidshalve maar zelf op een lopen toen één van de overvallers haar richting uitkwam. Altijd en overal is het opletten geblazen, je hebt best ogen op je achterwerk. Overal in dit land word je bedolven onder veiligheidstips. Op mijn hotelraampje staat in het Engels: ,,Sluit a.u.b elke keer het raam als u de kamer verlaat.'' In een officieel gidsje lees je dan weer: ,,Vraag in je hotel altijd of de plaats waar je naartoe gaat veilig is'' en ,,Let op aan stoplichten, let op bij een stopteken in een straat''.
Ik kende Zuid-Afrika niet van ervaring maar van boeken: het levensverhaal van de doodgemartelde oppositieleider Steve Biko bijvoorbeeld, of de kale taal van de blanke Nobelprijswinnaar John Maxwell Coetzee: keiharde verhalen over de conflicten in zijn land. Dat er natuurlijk ook massa's vriendelijke mensen rondlopen, was minder duidelijk. Ze bestaan nochtans: neem nu de twee bereden agenten, ,,zwaantjes'' , die me vriendelijk tot mijn hotel begeleidden toen ik er de eerste dag uren naar op zoek was. Ook dat is Zuid-Afrika.
Stellenbosch dus - dat de meesten hier uitspreken met sj op het einde, en de klemtoon op het tweede deel van het woord. In deze stad, 48 kilometer van Kaapstad en in het zuidwesten van het land, is het dat sinds vorig jaar de kruim van de Belgische spurt op oefenkamp komt naar het Coetzenburg Stadion : een gezellig, van alle atletencomfort voorziene stadionnetje - hoewel het niet eens zo modern is.
Vrolijk terras
Het is een vrolijke bedoening op het terrasje van het drukbezette Java Internet Café in het hippe en wat blasé stadscentrum, zoiets als een kruising van het chique van Knokke en de gezelligheid van Leuven. Rond de tafel zitten de atleten Elodie Ouedraogo (zesde Olympische Spelen 2004), Patrick Stevens (achtste Spelen 1996), Tia Hellebaut (twaalfde Spelen 2004) en Kim Gevaert (twee keer zesde Spelen 2004). Een uitgelezen gezelschap dus, aangevuld met Hellebauts coach Wim Vandeven en VRT-journalist Luc Van Doorslaer, u weet wel, de man die door Ouedraogo na een weddenschap live op uw scherm in het water gekeild werd tijdens de verkiezing van de Sportpersoonlijkheid van het Jaar. Stevens steelt onophoudelijk de show, met zijn radde tong en onverbeterlijke optimisme. Niemand ontziet hij, taboe-onderwerpen sneuvelen bij bosjes.
Er waren enorm veel aanvragen maar Kim maakte er geen probleem van om onze krant, mede-organisator van de Trofee voor de Sportpersoonlijkheid, te ontvangen. Ze is heel ontspannen, goedlachs en nog altijd doe-maar-gewoon.
Ze lacht en gekscheert, maar ze neemt er zelden of nooit het voortouw in; dikwijls lijkt Gevaert net een tikje bedachtzamer dan de meeste anderen.
Een gesprek met de 26-jarige Bloso-atlete uit Melsbroek, die zowel op de 200 meter als de 4 x 100 meter als zesde toekwam in Athene, en dat op de allereerste Olympische Spelen waar ze aan deelnam. Die in 2004 ook zilver won op het wereldkampioenschap indoor op de 60 meter en op de Golden League-meeting van Brussel, de Ivo Van Damme Memorial, haar nummer won én wat regelmaat betreft over de topwedstrijden van 2004 in de wereldtoptien staat van de 100 m, haar minder goede nummer (10de) nochtans, én haar topnummer, de 200 meter (4de zelfs).
Kim, had je erop gerekend dat je Sportpersoonlijkheid van het Jaar 2004 zou worden? Volgens de drie jury's is er geen enkele topatleet in België die beter doet dan jij als het om bescheidenheid, intelligentie, sportiviteit, stabiliteit, vriendelijkheid, uitstraling en doorzetting gaat. Dat zijn de zeven kenmerken van een Sportpersoonlijkheid.
,,Nee, ik had het totaal niet verwacht. Ik ben ook geschrokken van het lijstje van de vijf supergenomineerden (de renners Tom Boonen en Axel Merckx, zijzelf dus, oud-judoka en ex-BOIC-topman Robert Van de Walle en voetbaltrainer Eric Gerets). Ik had Justine Henin verwacht als winnaar, of Boonen. Of Van de Walle. Het is ook opvallend dat alle jury's mij op 1 gezet hebben: eerst de vak- en persjury, en ook het publiek. 't Is nog altijd atletiek wat ik doe, toch! ''
Wat doet zo'n trofee met een mens als jij?
,,Het heeft wel iets. Het doet beseffen dat mensen mijn prestaties en persoonlijkheid waarderen, wat niet altijd vanzelfsprekend is. De mensen zijn vaak kritisch, zeker de Vlamingen, dat is een beetje de volksaard. De trofee heeft me dus veel plezier gedaan.''
…
Je bent op tweede kerstdag vertrokken naar Zuid-Afrika, dus weet je dat er een vloedgolf over Azië is getrokken met ruim 200.000 doden. Draag jij je steentje bij aan een hulpactie?
,,Ja, al zijn de fundraisingacties mij ontgaan omdat ik niet meer in België was toen dat begon. (Fotograaf) Henk van Cauwenbergh heeft me gevraagd om iets te doen in maart, en ik ga zeker mijn best doen om eraan mee te werken. Daarnaast wordt een aantal spullen van mij geveild voor het goede doel, mijn moeder houdt zich daarmee bezig.''
Waarom vlieg je in godsnaam duizenden kilometers ver weg om te trainen? Is België niet goed genoeg?
,,Vorig jaar was ik hier voor het eerst, en Stellenbosch is me toen heel goed bevallen. Het klimaat is ideaal, gemiddeld zo'n 27 graden in deze tijd van het jaar. Je hebt weinig plaatsen waar je die garantie van goed weer hebt. Het tijdsverschil met België bedraagt ook maar één uur.'' (In Brussel is het een uur vroeger dan Stellenbosch.) De trainingsaccommodatie is ook super: de piste, de powerzaal. Het zijn ook van die kleine dingen, zoals ijs dat altijd klaarstaat, het feit dat er altijd tafels staan waarop je kine kunt krijgen. Er komen ook heel veel internationale atleten. (Naar verluidt ook de Zweden Christian Olsson, olympisch kampioen hinkstapspringen, en Kajsa Berqvist, Europees kampioene hoogspringen.) En het guesthouse waar we logeren, aan de overkant van de straat van het stadion, is heel huiselijk. Een hotel zou snel onpersoonlijk zijn. De eigenares is als een oma of een tante: ze kookt elke dag twee keer per dag voor ons.''
,,In november waren we in Tenerife, maar dat is heel druk. Toeristisch ook, discotheken en zo. Rudi Diels begreep vorig jaar niet waarom ik per se naar hier wilde komen, maar als atleet kun je niet beter hebben. Dat heeft hij ondertussen ook toegegeven. Het is echt zo, je kunt kwalitatief veel beter werken dan in België. Je loopt ook minder kans op blessures.''
Hoe viel het oefenkamp sportief mee?
,,Het was één van mijn beste stages ooit. De eerste week (de dagen na Kerstmis) was ik wat ziek, oververmoeid. Het was in december dan ook soms zó druk! Als je dan even tot rust komt, word je ziek. Typisch. Ja, op oudejaar zat ik bed. De eerste keer in mijn leven, maar was ik toen opgebleven, had ik het wel achteraf gevoeld. Ik heb dan een paar nachten meestal goed geslapen en dan ging het weer beter. De wintertraining is een vrij belangrijk moment, want hierin leg je de basis van je seizoen.''
Hoe ouder je wordt, hoe meer en hoe beter je kunt trainen, vermoed ik. ,,Ik heb altijd al veel getraind, maar dit jaar nog net iets meer. Ik kan meer aan. Niet zoveel meer daarom. Het grote verschil is dat ik beter herstel van een training.''
Hoe zag een doorsnee dag van een dubbele training eruit?
,,Opstaan om kwart voor negen, iets na negenen ontbijten. Om tien uur vertrekken naar de piste, van kwart over tien tot halféén trainen. Dan terugkeren naar het guesthouse , eten, een halfuur of drie kwartier slapen.''
,,Van vier tot zes dan de tweede training, daarna weer terug en eten. Soms gaan we dan nog iets drinken, het centrum van Stellenbosch is minder dan tien minuten wandelen. Of een dvd'tje kijken, Sex in the City bijvoorbeeld of In de gloria , of in het guesthouse nog wat met de anderen praten. Soms lees ik ook, ik heb het boek van Sabine Dardenne uit (het meisje dat door Marc Dutroux was opgesloten en mishandeld, vwf ) en ben bezig in een thriller van Nicci French, De Verborgen Glimlach .''
Je logeert hier in de beste omstandigheden, met de collega-atleten uit je Belgische trainingsgroep, het weer is ideaal. En toch. Mis je je vriend niet?
,,Mijn vriend missen ben ik altijd gewoon geweest: hij heeft jaren in de Verenigde Staten gestudeerd, en toen kon ik hem meestal ook maar af en toe zien. Ik ben het zo gewoon. (denkt na) Al wil dat niet zeggen dat ik hem en anderen niet mis. Maar ik ben er op ingesteld. Ik zal ook echt blij zijn als ik terug thuis ben. Of Djeke en ik elke dag bellen? Nee, om de andere dag. Maar we sms'en wel elke dag.''
We zijn in Zuid-Afrika. Je hebt hier al meermaals verbleven. Hoe kijk jij aan tegen de maatschappij? Misschien niet onbelangrijk is dat je trouwens een zwarte vriend hebt.
,,Je merkt dat men hier nog een flink stuk achterop is tegenover Europa en zelfs tegenover de Verenigde Staten. Je voélt de spanning (tussen blank en zwart, vwf ). In 1994 is de Apartheid afgeschaft, maar vanaf de generatie van de veertigers zit het er nog zodanig in dat ze tijd nodig hebben om de knop om te draaien. Ik denk dat er nog een aantal generaties zal nodig zijn om helemaal te verdwijnen.''
,,Wat werk betreft is de situatie echt verschrikkelijk, de mensen ondervinden enorme problemen om werk te vinden. Wie het makkelijkst werk vindt, zijn donkere vrouwen, dan donkere mannen, dan blanke vrouwen en daarna blanke mannen. Er is een regeling waarbij de donkere mensen het eerst worden aangenomen, alles is dus op zijn kop gezet als je het met vroeger vergelijkt. Ik hoor dat heel veel jonge blanken emigreren omdat ze geen werk vinden. Dat draait misschien toch een beetje te ver door.''
,,Geen werk hebben is deprimerend.'' Goed, maar een quotasysteem is toch het uitgesproken middel om de achterstand van bevolkingsgroepen weg te werken. Kijk bij ons naar de politiek: op de verkiezingslijsten staan toch afwisselend mannen en vrouwen, en dat ritssysteem komt de vrouwen toch ten goede?
,,Mmmja. Het is goed en niet goed. Hier is het een beetje drastisch. Anderzijds: wat is de goede oplossing hé, je benadeelt altijd wel iemand.''
Maar als je geen werk vindt, dat is toch heel deprimerend. Ze zouden een iets betere tussenoplossing moeten vinden. Neem nu het huis waar we logeren. Er is een nieuwe regel die zegt dat je een werknemer 150 rand per week moet betalen (zo'n 20 euro, vwf ), maar vroeger was dat bedrag slechts 80 rand.''
,,Wat zeggen de uitbaters van mijn guesthouse ? Sorry, maar wij kunnen dat niet betalen, 150 rand. Gevolg: ze nemen niemand in dienst. Dan vraag ik me toch af of het niet beter is om het oude systeem te behouden: daarmee verdienden de mensen misschien niet zo heel veel, maar ze hadden tenminste toch werk. Nu riskeer je dat ze geen werk hebben, of dat er niet veel banen bijkomen. Het is een heel moeilijk probleem.''
Klopt het cliché meestal nog dat de blanken de topfuncties hebben en de zwarten de lagere jobs?
,,Het ergste is eigenlijk dat je daaraan begint te wennen. In Pretoria was me dat wel opgevallen, ja. De iets lagere jobs in het huishouden, de keuken. dat doen donkere mensen. Kijk hier in de Java maar eens wie er afwast, dat zijn ook allemaal donkere mensen. Je voélt dat ook zo echt.''
Ontvang van Ghislain Duchâteau, 31 Maart 2005
© Catharina Loader 2001